Van de buitenkant zien alle ETF’s er hetzelfde uit: een mandje van aandelen waarin je als belegger in één klap kleine beetjes van verschillende aandelen kunt kopen. Achter de schermen kunnen er echter grote verschillen zitten tussen de manier waarop productaanbieders de ETF’s opbouwen. Eén van de keuzes voor productaanbieders om te maken is of ze kiezen voor een fysieke ETF of een synthetische ETF. In dit artikel worden de verschillen tussen fysieke en synthetische ETF’s uitgelegd, en welke je moet kiezen en waarom.
Een fysieke ETF is een mandje van aandelen waarbij de productaanbieder alle aandelen uit het mandje zelf opkoopt. De productaanbieder heeft dan bij een ETF voor de S&P 500 daadwerkelijk 500 verschillende aandelen ingekocht, in de verhouding zoals die ook in de index voorkomt. Op deze manier staat de productaanbieder altijd garant voor de koper van de ETF, omdat alle onderliggende aandelen in bezit zijn van de productaanbieder. Veruit de meeste ETF’s zijn op deze manier opgebouwd.
Tip: ik heb een artikel gelezen hoe je de naam van een ETF leert begrijpen.
Wat is een synthetische ETF?
Een synthetische ETF is een ETF waarbij de productaanbieder contracten afsluit met een derde partij over het verloop van de koersprijzen van de desbetreffende index. Deze contracten worden swaps genoemd en zijn eigenlijk niks meer dan een weddenschap of de koers van de index omhoog of omlaag zal gaan. De productaanbieder kan dan zijn eigen risico met die swaps opheffen, door op koersvoorspellingen in de tegengestelde richting te ‘wedden’ met de derde partij.
Voordelen synthetische ETF’s
Omdat de productaanbieder niet alle onderliggende aandelen uit de index hoeft te kopen, liggen de kosten voor synthetische ETF’s vaak lager dan voor fysieke ETF’s. Het handelen in aandelen kost geld en bij fysieke ETF’s moet er veel meer gehandeld worden. De samenstelling van een index kan ook nog van tijd tot tijd veranderen, wat bij fysieke ETF’s ook kosten met zich meebrengt.
De volgnauwkeurigheid van synthetische ETF’s ligt ook vaak hoger dan bij fysieke ETF’s. Dit komt omdat bij het kopen en verkopen van aandelen er altijd kleine koersverschillen ontstaan, die op de lange termijn voor een lagere volgnauwkeurigheid kunnen zorgen. Bij synthetische ETF’s wordt er veel minder gehandeld, en dus kan de koers van een index exacter gevolgd worden.
Synthetische ETF’s kunnen ook een breder aanbod geven dan met fysieke ETF’s mogelijk is. Het is bijvoorbeeld heel duur om te beleggen in niche sectoren of onbekende markten als Vietnam of Hong Kong via fysieke ETF’s. Zo duur, dat productaanbieders het niet de moeite waard vinden om er fysieke ETF’s voor te maken. Echter, door de simpliciteit van synthetische ETF’s is het wel weer mogelijk om ook voor deze markten producten aan te bieden.
Tip: lees hier de voordelen van indexbeleggen
Risico’s synthetische ETF’s
Waar meerdere partijen betrokken zijn bij het maken van een product, is er ook altijd een extra risico. Dit wordt het tegenpartijrisico genoemd. Er bestaat altijd een kans, ondanks dat deze zeer gering is, dat één van de partijen die de swaps afsluiten met de productaanbieder failliet gaat. Dan kun je als belegger zwaaien naar je centen.
Om dit risico te dekken wordt er vaak nog wel een onderpand aangehouden wat de derde partij aan de productaanbieder betaalt. Echter kan dit onderpand ook volledig uit andere beleggingen bestaan, die helemaal niks met de index te maken hebben. Zo hoeft je risico helemaal niet volledig gedekt te zijn als één van de partijen failliet gaat. Bij de productinformatie van een ETF is meer informatie over dit onderpand te vinden.
Synthetische ETF’s zijn ook vaak lastiger te begrijpen voor beleggers en minder transparant. Als je niet goed weet in wat voor product je belegt, neem je vaak (onbewust) al het grootste risico. Fysieke ETF’s zijn een stuk simpeler te begrijpen en een stuk transparanter over de onderliggende aandelen. Echter, informatie over de onderliggende swaps van synthetische ETF’s is een stuk lastiger te vinden.
Moet je beleggen in synthetische ETF’s?
Als je wilt beleggen in zeer specifieke sectoren of regio’s, kun je niet om synthetische ETF’s heen. Je loopt wellicht iets meer risico, maar als je in een zeer specifieke ETF belegt is het maar de vraag of het tegenpartijrisico nog wel relevant is vergeleken met het risico van de onderliggende aandelen. Over het algemeen is het af te raden om deze vormen van risico aan te gaan en het gewoon te houden bij marktgewogen brede ETF’s. Dit zal je op de lange termijn een beter rendement opleveren en dat voor een lager risico. Vaak zijn dat dus fysieke ETF’s.
Wanneer je voor dezelfde index kunt kiezen tussen zowel een fysieke ETF als synthetische ETF, is het een persoonlijke afweging of je de lagere kosten het extra risico waard vindt. Wanneer de synthetische ETF 0.25% per jaar goedkoper is met een lagere tracking error, moet je wel erg risicoavers zijn wil je dan nog voor de fysieke ETF kiezen.
ETF is een heel bijzonder en interessant onderwerp. Deze artikelen heb ik er inmiddels over geschreven:
- ETFs en indexbeleggen uitgelegd
- Zo lees je een ETF naam
- De voordelen van een ETF
- ETF en indexfonds, het verschil
- 5 tips om een ETF te vergelijken
- Bouw je eigen ETF
- 10 meest gezochte ETFs in Google Keywords
- 5 ETFs die in 2021 kunnen knallen
- Risico's bij een ETF
- ETFs zonder transactiekosten (DEGIRO Kernselectie)
- Chinese ETFs
- Beleggen in India met een ETF
- De Meesman Indexfondsen
- Meesman Fondsbelegger
- Beleggersgids voor beginners
- VWCE versus VWRL ETF
- Fysieke ETF of Synthetische ETF
Deze onderwerpen zijn interessant:
Dit artikel is geschreven door Wouter, ook wel bekend als DUO investeerder. Iedere maand belegt hij een deel van zijn lening van DUO. Hij verdiept zich graag in beleggen om dit op een zo verantwoord mogelijke manier te doen, met hoofdzakelijk de literatuur als leidraad. Je kunt hem vinden op Instagram vinden als DUO_investeerder.
Het is fijn om een artikel te lezen, maar soms wil je gewoon lui op de bank een video kunnen kijken. Dit is een interessante video die ik heb gevonden op YouTube: